Toetsen en studievoortgang

Tijdens de opleiding maak je toetsen en opdrachten. Met de toetsen meten we je studievoortgang. Met je studieloopbaanbegeleider bespreek je jouw studievoortgang.

Meer informatie

Toetsen en opdrachten

De resultaten van je toetsen en opdrachten laten zien of je de lesstof begrijpt en/of aankan. Het is daarmee een aanwijzing of je de examens goed zal kunnen maken. 

Voortgangstoetsen kunnen allerlei vormen hebben, zoals:

  • Theorietoetsen
  • Eigen vaardigheidstoetsen
  • Verslagen
  • Werkstukken
  • BPV-opdrachten
  • Beoordelingen van lesdeelname
  • Beoordelingen van kampdeelname
  • Oefen Proeve van Bekwaamheid

De resultaten van je toetsen of opdrachten zijn mede bepalend voor jouw studievoortgang en of je naar de volgende fase in jouw opleiding kan. Met het kwalificerend examen sluit je je opleiding af. Meer informatie over de examens die je moet afleggen en de diploma-eisen vind je onder de tegel examens.

Studievoortgang

Tijdens het schooljaar voer je minstens twee voortgangsgesprekken (groeigesprekken) met je studieloopbaanbegeleider. Tijdens deze gesprekken bespreken jullie je studievoortgang, zowel je resultaten als beroepshouding. Digitale verslagen vind je op het studievolgsteem. De inloggegevens hiervoor krijg je bij de start van jouw opleiding. In het studievolgsysteem staan naast jouw resultaten ook jouw aanwezigheidsregistratie. Ben je jonger dan 18 jaar? Dan informeren we je ouders/wettelijk vertegenwoordigers over je studievoortgang. 

Voortgangscriteria

Om door te kunnen met je studie moet je voldoen aan bepaalde voortgangscriteria. De voortgangscriteria voor jouw opleiding staan hieronder.

  • Elk groepscijfer van een leerlijn gemiddeld 5,5 of hoger is.
  • De beoordeling van de BPV-opdrachten 5,5 of hoger is. Je moet het aantal BPV-uren zoals vermeld op de BPV-overeenkomst gelopen hebben. 
  • De beroeps- en studiehouding moet voldoende zijn. Bij een eventueel verbeterplan moeten de gemaakte afspraken zijn nagekomen. 

Als je alleen de REN vakken (rekenen en Nederlands) onvoldoende maakt, telt dit niet mee voor de overgang. We kunnen je wel het advies geven om deel te nemen aan de zomerschool. Voor het behalen van je diploma moet je wel een (gemiddeld) voldoende behalen voor rekenen en Nederlands (een 5 en een 6).

Beoordeling van je beroepshouding

Als medewerker sport- en recreatie draag je een grote verantwoordelijkheid. Je moet zorgen voor een veilige omgeving waarbinnen gesport kan worden. Je moet aandacht hebben voor de verschillende niveaus en mogelijke beperkingen van sporters tijdens (risicovolle) activiteiten. Daarom moet je beschikken over veel vaardigheden en theoretische kennis. Daarnaast is het noodzakelijk om een juiste beroepshouding te ontwikkelen. In dit werkveld werk je immers met mensen. Sommigen moeten enthousiast gemaakt worden, anderen moeten begeleid, gemotiveerd of juist afgeremd worden. Daar moet je allemaal mee om kunnen gaan. Een juiste houding ten opzichte van de ander is essentieel om goed te functioneren. Bovendien moet je goed en zorgvuldig met materialen omgaan. Je beroepshouding zal regelmatig door je docenten beoordeeld worden tijdens de opleiding. Natuurlijk krijg je de kans je hierin te ontwikkelen. De docent kan je helpen door je te vertellen hoe jij jouw beroepshouding kan verbete­ren. 

Criteria studie- en beroepshouding

Bij het beoordelen van je studie- en beroepshouding letten we op de volgende zaken:

  • Je motivatie en inzet voor alle vakken en lesactiviteiten die aangeboden worden.
  • Je komt afspraken na.
  • Je moet met feedback kunnen omgaan (geven en nemen).
  • Je kunt kritisch naar jezelf kijken (reflecteren).
  • Je kunt zowel mondeling als schriftelijk je eigen mening en gevoelens uiten.
  • Je bent je bewust van je eigen (on)mogelijkheden en talenten.
  • Je bent bereid om actief te luisteren en hulpvaardig te handelen naar je medestudenten en docenten.
  • Je werkt samen.
  • Je neemt voldoende initiatieven.
  • Je gaat netjes om met materiaal.

Onvoldoende studievoortgang en/of beroepshouding

Er is sprake van onvoldoende studievoortgang als aan een van de onderstaande criteria niet wordt voldaan:

  • 5 of meer cijfers van de voortgangstoetsen theorie en of praktijk lager dan een 5,5.
  • 2 of meer gemiddelde groepscijfers lager dan een 5,5.
  • Indien de afspraken uit het verbeterplan niet of onvoldoende zijn nagekomen.

Tijdens de voortgangsvergadering bespreken de docenten jouw voortgang en je mogelijkheden:

  • Je gaat over naar het tweede leerjaar zonder studieschuld.
  • Je gaat over naar het tweede leerjaar met studieschuld. Je studieschuld moet ingelost worden binnen een bepaalde periode. Hierover worden duidelijke afspraken gemaakt.
  • Je doet het eerste jaar nogmaals over, waarbij alle voortgangstoetsen opnieuw gedaan moeten worden.
  • Voldoe je niet aan de overgangseisen en is je studievoortgang en/of je beroepshouding onvoldoende, dan kun je een negatief bindend Studieadvies ontvangen.

Inleveren en herkansen van toetsen, werkstukken, opdrachten en verslagen

Werkstukken, opdrachten en verslagen moet je op het afgesproken tijdstip inleveren. Wanneer je de deadline mist, krijg je te maken met de regels voor herkansingen. Je bent verplicht om van ieder werkstuk, opdracht of verslag zelf een kopie te bewaren.

Er worden geen herkansingen georganiseerd. We verwachten van jou dat je gebruik maakt van het eerste toetsmoment. Dit kan bijvoorbeeld het afleggen van een (voortgangs)toets of het maken van een opdracht zijn. 

Het is wel mogelijk om een toets of opdracht in te halen, mits daar een geldige reden voor is. 

Regels voor het inhalen van proefwerken
Inhalen kan wanneer je door ziekte, om medische redenen of bij toegekend (bijzonder) verlof niet hebt kunnen deelnemen aan het toetsmoment. Hiervoor moet je een bewijsstuk (bijvoorbeeld een doktersverklaring of een verklaring van een behandeld specialist, een verlofbewijs en/of een verklaring van je mentor) kunnen overleggen.

Studieschuld
Wanneer je voor een of meerdere voortgangstoetsen of opdrachten een onvoldoende hebt behaald ontstaat er studieschuld.

Bindend studieadvies

In het eerste studiejaar van je opleiding ontvang je een bindend studieadvies. Dit kan een positief advies zijn, wat betekent dat je je opleiding kan voortzetten. Je kunt ook een negatief advies krijgen. Bij een negatief bindend studieadvies wordt de inschrijving beëindigd en moet je stoppen met je opleiding.

Als je een éénjarige opleiding volgt, ontvang je een bindend studieadvies tussen de derde en vierde maand van het eerste studiejaar. Als je een opleiding volgt die langer duurt dan een jaar, dan ontvang je een bindend studieadvies tussen de negende en twaalfde maand van jouw opleiding.

Als je later in de opleiding bent ingestroomd (en dus niet start in het 1e studiejaar van de opleiding), dan krijg je ook een bindend studieadvies. Het is tenslotte het eerste studiejaar van jouw nieuwe opleiding. 

Lees verder

Stoppen met je opleiding en de gevolgen

Als je wilt stoppen met je opleiding, bespreek dit dan met je studieloopbaanbegeleider. Hij of zij verwijst je naar het trajectbureau. De medewerkers denken met jou mee over jouw toekomst, eventueel met een andere, passende opleiding.

Lees verder

MBO-verklaring

Het kan zijn dat je je studie bij Albeda niet afmaakt. Dat kan verschillende oorzaken hebben. Als je uitgeschreven wordt bij Albeda, dan heb je recht op een mbo-verklaring. Dit is een verklaring met daarop de door jouw behaalde resultaten. Dit kan je helpen als je gaat solliciteren of als je weer aan een nieuwe mbo-opleiding gaat beginnen (vrijstellingen). Wil je meer weten over de mbo-verklaring, ga dan even langs bij je slb’er.

Je ontvangt automatisch een mbo-verklaring als je:

  • Albeda verlaat zonder diploma en
  • ten minste één examen(deel)resultaat hebt behaald en/of (een deel van) de bpv met een positief resultaat hebt afgesloten. Hierbij geldt dat voor de examenresultaten geen mbo-certificaat kan worden uitgereikt.