Beroepspraktijkvorming

Tijdens de BPV (stage) ontwikkel je een belangrijk deel van de werkprocessen die onderdeel zijn van de opleiding. De BPV moet je met een positief resultaat afronden om je diploma te kunnen krijgen. De BPV wordt (mede)beoordeeld door de praktijkopleider. Je kunt alleen bij een erkend (goedgekeurd) leerbedrijf de BPV (stage of werk) doen. Op de site van de Stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) vind je of een leerbedrijf is goedgekeurd. Tijdens de BPV volg je de regels die in dat beroep gelden. Dit kan betekenen dat je 's avonds en/of in het weekend stage moet lopen of werken. 

 

Meer informatie

Het vinden van een BPV plaats

Je gaat zelfstandig op zoek naar een stageplaats. De BPV-coördinator van de opleiding kan jou ook helpen bij het zoeken naar een BPV plaats. De BPV-coördinator zal controleren of de BPV plaats geschikt is. Je kunt dit ook zelf doen via www.stagemarkt.nl. De BPV kan alleen gevolgd worden bij een erkend leerbedrijf.

Stage buitenland: De stage aan het einde van leerjaar twee kan ook in het buitenland worden gelopen. Je komt voor een stage in het buitenland in aanmerking als je als student (bij aanvraag en bij aanvang stage):

  • een professionele houding in de les en tijdens projecten laat zien

  • 80% van de studiepunten hebt behaald

  • een aanwezigheid hebt van minimaal 80%

  • niet te maken hebt met een procedure voortijdige beëindiging onderwijsovereenkomst.

  • de taal van het land waar je de stage gaat lopen tenminste op niveau A1 beheerst

     

Uitgangspunt bij het toekennen van een stage in het buitenland is dat dit voor jou als student een toegevoegde waarde oplevert. Het is natuurlijk niet de bedoeling dat je als gevolg van een stage in het buitenland studievertraging oploopt of uitvalt. Bij het toekennen van de stage worden deze argumenten nadrukkelijk meegenomen.  

 

 

Aanvullende eisen

Sommige BPV-plekken hebben voorwaarden voordat je kunt beginnen. In jouw stage of werk betreft dit vaak het onderstaande: 

Verklaring omtrent gedrag
Steeds meer BPV-organisaties vragen van studenten een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG). Deze verklaring is op te vragen bij de gemeente waar je woont. Het komt voor dat een praktijkorganisatie je niet toelaat zonder een VOG! Aan de aanvraag zijn kosten verbonden. Deze kosten zijn voor jouw rekening en kunnen per gemeente verschillen. Het niet kunnen verkrijgen van een VOG heeft mogelijk gevolgen voor je studievoortgang. Het niet kunnen verkrijgen van een VOG na de start van de opleiding kan bovendien een reden zijn om de onderwijsovereenkomst te ontbinden. Algemene informatie over de VOG vind je op deze site.

 

Begeleiding tijdens de BPV

Begeleiders tijdens de BPV
Er zijn verschillende mensen die betrokken zijn bij jouw leerproces in de BPV. Hieronder wordt uitgelegd wie wat doet.

De praktijkopleider:

De praktijkopleider is een persoon van de organisatie waar je de BPV uitvoert. Hij helpt je bij het uitvoeren van de activiteiten in de praktijk. Met een praktijkopleider bespreek je hoe jij de activiteiten verricht in de praktijk en wat je nog kunt verbeteren. Hij helpt je de werkzaamheden steeds professioneler uit te voeren. De BPV-begeleider zal contact onderhouden met jouw praktijkopleider over jouw vorderingen. De praktijkopleider zal ook de meeste van jouw werkzaamheden beoordelen.

De BPV-begeleider:

De BPV-begeleider is een docent van school. Deze docent kan jou helpen als je vragen hebt of problemen op de BPV hebt. Het is belangrijk dat je weet wie je BPV-begeleider is, in DSDO kun je vinden wie dat is. Je wordt op je BPV-adres minimaal 1 keer per BPV-periode bezocht door jouw BPV-begeleider.

 

Problemen tijdens de BPV

Het kan zijn dat tijdens jouw BPV problemen ontstaan. Bespreek dit altijd eerst op de BPV met degene die jou begeleidt. Als je er niet uitkomt neem dan snel contact  op met jouw begeleider vanuit school. Stop nooit zelf met je BPV zonder dat je dit hebt besproken. Dit kan namelijk gevolgen hebben voor de voortgang van jouw opleiding. Samen met je begeleider wordt er altijd gezocht naar een oplossing.

Inrichting en beoordeling BPV

Inrichting BPV: De inrichting van de beroepspraktijkvorming van deze opleiding kent de volgende systematiek:

  • Stage leerjaar 2: aan het einde van OP-3 in leerjaar 2 vindt in de zomerperiode een blokstage plaats van 900 uur. Deze stage is voldoende afgerond als er een voldoende beoordeling is voor de werkprocessen vanuit de BPV-plaats en vanuit de school.

  • Na het afronden van de stage volgt aansluitend een praktijkexamen in de beroepspraktijk of in simulatie.

Om voor een diploma in aanmerking te komen, moet je niet alleen bewijzen dat je de kerntaken van je beroep beheerst. Je moet ook een voldoende behalen voor het functioneren in de beroepspraktijk. Dit noemen we een aanvullende diplomavoorwaarde. Het gaat daarbij niet om de kennis en vaardigheden van het beroep (hardskills) maar om meer algemene arbeidsvaardigheden zoals het nakomen van afspraken, respectvol omgaan met collega's, integer zijn, verantwoordelijk zijn voor je werk en je werkomgeving etc. We noemen deze vaardigheden ook wel softskills omdat ze iets zeggen over je (beroeps-)houding, over de persoonlijke manier waarop jij zaken aanpakt en/of omgaat met mensen. De beoordeling hiervan gebeurt op meerdere momenten tijdens je stage. Dit wordt gedaan door één of meerdere praktijkopleiders. Deze beoordelingen staan allereerst in het teken van je begeleiding. Ze helpen je een goede beroepshouding te ontwikkelen.

Beoordeling BPV: Naast de eis dat je naar behoren moet functioneren in de beroepspraktijk, is het natuurlijk ook belangrijk dat je in voldoende mate aanwezig bent geweest. Om die reden wordt er een aanwezigheidsregistratie bijgehouden. De urenverantwoording en de beoordeling van je functioneren in de beroepspraktijk bepalen samen of je een voldoende krijgt als eindbeoordeling van de BPV.