Leren op een leerwerkplaats

Je gaat het vak zoveel mogelijk vanuit de praktijk leren. In de praktijk maak je vanalles mee, je doet veel ervaringen op. Op basis van je ervaringen stel je met je docent leervragen op. Die ga je verder uitwerken in de theorie en in de praktijk.  
Je gaat hybride leren. Dat betekent een mix van leren door kennis op te doen, vaardigheden te oefenen, leren in het werk en door te reflecteren op wat je geleerd of gedaan hebt. Bij hybride leren proberen we al deze vormen van leren dagelijks zoveel mogelijk aan de orde te laten komen.  

De leerwerkplaats rekent op jou, je moet dus altijd op tijd komen en aanwezig zijn (tenzij je een geldige reden hebt, die je vooraf hebt besproken met je docent en werkbegeleider).

Tijdens het leren op de leerwerkplaats krijg je naast hybride leren ook te maken met:

  • Nederlands, Rekenen, Burgerschap (dit noemen we generieke vakken)

  • Coaching: Je docent is ook jouw coach, je docent kijkt met jou, naar waar jij staat, wat jij hebt meegemaakt en vooral naar jouw persoonlijke ontwikkeling

Binnen de opleiding werk je systematisch. Je begint met een verkenning  van de taak, daarna doe je de voorbereiding, vervolgens ga je de taak uitvoeren en tot slot rond je de taak af. Bij de uitvoering van een taak heb je meestal te maken met:

  • Mensen: hoe ga je dienstverlenend om met de mensen die je tegenkomt in je werk?

  • Methoden: hoe werk je volgens de regels en procedures van de organisatie?

  • Middelen: hoe ga je veilig en zorgvuldig om met de middelen die je gebruikt bij de uitvoering van je taak?

Bij het werken op de leerwerkplaats begin je met eenvoudige taken en  krijg je steeds moeilijkere taken. Tussendoor heb je gesprekken over je voortgang, op basis hiervan weet je of je klaar bent voor een volgende stap. Bij nieuwe taken krijg je eerst veel begeleiding en als je er aan toe bent, wordt de begeleiding minder.  Het is ook belangrijk dat jij op het juiste moment hulp vraagt!