Goed voorbereid naar je examen, je staat er niet alleen voor!

Je bent zelf verantwoordelijk voor je studie en voor de voorbereiding op je examens. Maar vanaf de intake tot en met je diplomering zul je merken dat je er niet alleen voor staat om je diploma te halen. Goede samenwerking maakt leren en examineren leuker en je kans van slagen groter. Op school en in de praktijk heb je in de loop van de tijd te maken met een heel aantal mensen:

De mensen op school

  • Met de intaker bespreek je of de opleiding en het examen haalbaar voor je zijn. Met de intaker bespreek je eventueel ook alvast of er aanpassingen in de examinering nodig zijn, bijvoorbeeld als je te maken hebt met dyslexie of een beperking.
  • Met je docenten bereid je je voor op je examens, samen met de praktijkbegeleiders.
  • Je werkt ook vaak samen met andere studenten. Bijvoorbeeld om je op een examen voor te bereiden, of als je in een klein groepje gezamenlijk een examen aflegt. Dat gebeurt bijvoorbeeld bij het examen ‘Nederlands gesprekken voeren’.
  • Je studieloopbaanbegeleider (slb’er) neemt de afspraken over examinering en diplomering vooraf met je door. Dit is ook de persoon met wie je de voortgang van je examinering bespreekt. Bijvoorbeeld: Lig je op schema? Kun je sneller, moet je juist langzamer? Zijn vrijstellingen mogelijk? Zijn er problemen en wat kun je daaraan doen?
  • De examenleider van je opleiding regelt samen met de collega’s van het opleidingsteam alles rond de examens. De examenleider is ook een aanspreekpunt voor de slb’er voor vragen over examinering.
  • De afname van je mondelinge examens wordt gedaan door examinatoren, die vaak ook beoordelen. Vanuit school zijn dit bevoegde docenten die goed voorbereid zijn op het examen dat zij afnemen.
  • Bij afname van schriftelijke of digitale examens op school is een surveillant aanwezig. Die zorgt dat het examen volgens de afspraken en de regels verloopt. Soms is er meer dan één surveillant.
  • De beoordeling van het examen wordt gedaan door beoordelaars. Soms zijn dit de examinatoren zelf, soms zijn het andere docenten. Beoordelaars zijn docenten die bevoegd zijn om dit te doen en die dat goed kunnen. Bij sommige examens is er een tweede beoordelaar.
  • De examenadministratie plant en regelt alle administratieve zaken rondom jouw examinering en diplomering.
  • De onderwijsleider van het opleidingsteam is verantwoordelijk voor de examinering in de opleiding.
  • De directie van het College Sociaal en Pedagogisch Werk is verantwoordelijk voor de examinering in het college.
  • Het college van bestuur is verantwoordelijk voor de examinering in het hele Albeda.
  • De examencommissie van het college controleert de kwaliteit van de examinering en diplomering van je opleiding. Ook nemen zij besluiten over bijvoorbeeld vrijstellingen, herkansingen en diplomering.

De mensen in de praktijk

  • Met de praktijkbegeleider in je stage bespreek je wanneer je precies de examenopdrachten in de praktijk gaat doen. In de instructies bij de examens staat hoe dat werkt. Je hebt regelmatig handtekeningen nodig van je praktijkbegeleider.
  • Veel examenopdrachten die je in de praktijk doet, worden beoordeeld door de praktijkbeoordelaar uit de beroepspraktijk. Soms gebeurt dit in samenwerking met een andere praktijkbeoordelaar of een docent van school. Je hoort vooraf wie de beoordeling doet.

De betekenis van de schuingedrukte woorden vind je in het woordenboek examinering en diplomering.