Opleiding

Artistiek concept
We richten ons in het artistieke beleid op de entertainmentdans, waarbij we ons inhoudelijk richten op vijf basisvakken: hiphop, urban pop, jazz, klassiek en modern. De artistieke keuze is niet in één stijl te vangen en bestaat uit een aanbod van diverse dansstijlen. De keuze van dit artistieke beleid is bepaald door de toekomstige beroepsmogelijkheden regionaal, nationaal en internationaal. Nationaal en internationaal is de entertainmentsector groeiende. Regionaal is er behoefte aan geschoolde dansers die de dansstijlen van de jeugdcultuur kennen en weten in te springen op de diverse wisselende trends. Door deze ontwikkeling is er inmiddels een voortdurende vraag ontstaan naar veelzijdige jonge dansers, die breed zijn opgeleid en in wisselende situaties kwalitatief goede performances kunnen neerzetten.

Dans is doorlopend onderhevig aan verandering. Deze verandering is ingegeven door de mondiale samenleving, het dynamisch aspect van de jongerencultuur en cross-overs met andere mbo opleidingen zoals het Grafisch Lyceum, en de opleidingen Horeca, Sport en Muzikant/producer van Albeda. De door de opleiding aangeboden dansstijlen komen voort uit de diverse wereldculturen. Deze dansstijlen kunnen zowel authentiek zijn, voortkomend uit een bepaalde cultuur, maar ook fusion-achtige vormen opleveren waarin meerdere stijlkenmerken samenkomen.

De dans is artistiek voortdurend in ontwikkeling. Binnen het opleidingsconcept is daarom ruimte voor de creatieve ontwikkeling van de studenten. Het streven is om toekomstige dansers op te leiden die toestromen naar de huidige arbeidsmarkt en daarnaast gestimuleerd worden om authenticiteit en een eigen stijl te ontwikkelen, waarmee ze zelf kunnen inspelen op de markt. 

Meer informatie

basisdeel en profieldeel

De opleiding is beschreven in het kwalificatiedossier. In dit dossier staat precies wat je moeten weten en kunnen om je diploma te halen. De opleiding bestaat uit een basisdeel, profieldeel en keuzedelen. Hieronder vind je een korte uitleg. 

Het basisdeel bestaat uit 2 onderdelen: de beroepsspecifieke- en de generieke onderdelen.

Onderdeel 1: Beroepsspecifieke onderdelen
Beroepsspecifieke onderdelen bestaan uit kerntaken en werkprocessen.

Kerntaken: Kerntaken zijn taken die je zelfstandig moet kunnen uitvoeren en die in het beroep steeds weer terugkomen. Elke kerntaak bestaat uit meerdere werkprocessen. De kerntaken die behoren bij jouw opleiding zijn B1-K1 Aanbieden van SB-activiteiten, B1-K2 Organiseren en uitvoeren van wedstrijden, toernooien of evenementen en B1-K3 Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken.

Werkprocessen:  Werkprocessen zijn activiteiten die horen bij een kerntaak. In de opleiding leer je deze activiteiten uit te voeren.

Wil je weten welke kerntaken en werkprocessen bij jouw opleiding kijk dan in het kwalificatiedossier.

Onderdeel 2: Generieke (algemene) onderdelen 
De algemene vakken die je volgt zijn:

  • Nederlands
  • Rekenen
  • Engels
  • Loopbaan en Burgerschap

In de lessen van deze onderdelen word je goed geïnformeerd over wat er van jou verwacht wordt.

Profieldelen geven een specifieke invulling aan je opleiding. Het profiel van het kwalificatiedossier Coördinator sportinstructie, training en coaching bevat de volgende kerntaken: P5-K1 Aanbieden van SB-programma om prestaties en/of beleving te optimaliseren en P5-K2 Coördineren en uitvoeren van SB-projecten.

Vakken en opbouw van de opleiding

Dans 
Gedurende de opleiding leer je veel verschillende dansstijlen toe te passen in de beroepspraktijk. Je krijgt les en begeleiding van vakdocenten die zijn afgestudeerd als dansdocent of afkomstig zijn uit de danswereld. De basisvakken zijn hiphop, urban pop, jazz, klassiek en modern. Daarnaast worden ook andere dansstijlen in modulevorm aangeboden zoals improvisatie, tap, acrobatiek & afro jazz. Bij het vak spel wordt er gewerkt aan je intentie en uitstraling. Verder krijg je regelmatig workshops van gastdocenten uit het binnen- en buitenland.

Didactiek, methodiek en onderlinge instructie
Naast het ontwikkelen van je danstalent, is het ook belangrijk dat je jouw lesgevende kwaliteiten ontwikkelt. Hier wordt aan gewerkt tijdens de didactiek en methodiek lessen, zodat je na je studie ook op een verantwoorde wijze workshops kunt geven en lessenreeksen kunt vormgeven.

Creeëren van choreografieën en organiseren van dansevenementen
Je leert hoe je een choreografie creëert voor een optreden of lessenreeks en je leert hoe je een dansevenement organiseert. 

Theorie 
Theorievakken zijn essentieel in het welslagen als beroepsprofessional. Zo maken Nederlands, Engels, rekenen, loopbaan en burgerschap en ondernemersvaardigheden deel uit van het vakkenpakket.

Ondernemerschap 
Je succes als danser wordt niet alleen bepaald door talent. Je moet je ook op zakelijk gebied staande kunnen houden. Tijdens de ondernemerschapslessen leer je om jezelf als professional te organiseren en jezelf als danser te verkopen.

De opbouw van de opleiding
De opleiding duurt vier jaar en de opbouw per leerjaar ziet er als volgt uit:

Leerjaar 1 
Algemeen basisjaar waarin veel aandacht wordt besteed aan de ontwikkeling van de eigen vaardigheden. Stages (beroepspraktijkvorming, ook wel BPV) zijn van oriënterende aard waarbij de student verplicht stage in een dansschool loopt.

Leerjaar 2 
Ontwikkelingsfase waarin een start wordt gemaakt met de ontwikkeling van vaardigheden als kleine zelfstandige en de didactische vaardigheden. Start met structurele kortdurende stages (BPV).

Leerjaar 3 
Verdiepingsfase waarbinnen het geleerde ook in de BPV zal worden toegepast. Tevens worden kerntaak 1, kerntaak 2 en een deel van kerntaak 3 van het eindexamentraject afgesloten.

Leerjaar 4 
Afsluitende fase door middel van proeven van bekwaamheden. Afhankelijk van het doorlopen persoonlijk ontwikkelingstraject zal de eindfase van de student gericht zijn op uitvoerend dansen (het werkveld) en/of doorstroom hbo. Afsluiten kerntaak 4 en 5.

Keuzedelen

Keuzedelen kiezen
Aan het begin van studiejaar 2020-2021 maak je een voorlopige keuze voor een configuratie. Deze keuze wordt schriftelijk vastgelegd. De definitieve keuze voor de configuratie maak je in het schooljaar dat voorafgaat aan het keuzemoment. Je bent dan immers een aantal leerjaren verder en je zult mogelijk je keuze aan willen passen. In leerjaar 1, 2 en 4 volgt iedereen dezelfde keuzedelen, in leerjaar 3 heb je de keuze tussen twee verschillende keuzedelen. 

Voor de keuzedelen geldt de volgende diploma-eis:

  • Het gemiddelde van de resultaten van de geëxamineerde keuzedelen binnen de keuzedeelverplichting moet tenminste een 6 zijn.
  • Voor minimaal de helft van deze keuzedelen moet het resultaat tenminste een 6 zijn. (als je er 3 hebt dus 2 van de 3)
  • Een keuzedeelresultaat mag nooit lager zijn dan een 4.
  • Voor de berekening van het gemiddelde van de examenresultaten wordt gerekend met het niet-afgeronde cijfer op 1 decimaal.

Overzicht keuzedelen per leerjaar
Leerjaar 1 Gezonde Leefstijl
Als danscoördinator en danser is het belangrijk dat je een gezonde en bewuste leefstijl hebt en dat je die kunt overdragen aan anderen. In dit keuzedeel leer je over zaken die belangrijk zijn voor een gezonde leefstijl, bijvoorbeeld goede voeding, lichaamsbewustzijn, fitheid en ontspanning. Ook leer je hoe je anderen hierover kunt adviseren. De lesvakken zijn body awareness, body placement, fysieke fitheid, en dans en gezondheid. Aan de relatie tussen dans en een gezonde leefstijl wordt veel aandacht besteed. In de lessen worden verschillende werkvormen gebruikt, waaronder workshops en gastlessen. Je maakt zelf een beweegprogramma, en je oefent met advies geven. Je bouwt een portfolio op waarin de vorderingen bij het leren na verloop van tijd steeds beter zichtbaar worden. Dit portfolio wordt beoordeeld voor je examen. Na succesvolle afronding van dit verdiepende keuzedeel ben je in staat om vanuit je eigen kennis en ervaring anderen goed te adviseren over een gezonde leefstijl.

Leerjaar 2 Instructeur Gymnasiek Tricks
Gymnastiek Tricks is een mixsport waarbij je een eigen invulling geeft aan bewegingen uit de martial arts, acrobatiek en dans, zoals salto’s en handstanden met freezes. Demonstratie van persoonlijke tricks via internetvideoˈs hebben tricking populair gemaakt. In het commerciële werkveld wordt er vaak gevraagd naar dansers die verschillende tricks beheersen. Ook worden bij verschillende dans- en sportscholen lessen in tricking aangeboden. Dit keuzedeel past daarom goed bij jouw opleiding tot danscoördinator. In dit keuzedeel leer je tricks die passen bij jouw persoonlijke mogelijkheden en ontwikkeling. Vervolgens leer je hoe je hiermee een eenvoudig lesprogramma maakt, hoe je met assistentie een les in tricking geeft, en hoe je bij anderen kunt zien of ze tricks onder de knie hebben. In de lessen voor dit keuzedeel doe je krachttraining en werk je bijvoorbeeld met de trampoline en de mat. Bij het opbouwen van je skills wordt goede ondersteuning geboden.

Of

Instructeur  Yoga

Combinaties van dans en yoga worden tegenwoordig aangeboden bij verschillende dansscholen en door verschillende zelfstandig werkende docenten. Het is daarom goed om je al tijdens de opleiding tot danscoördinator te specialiseren in yoga-instructie. In dit keuzedeel leer je eerst zelf yoga-basisvormen. Vervolgens leer je hoe je hiermee een eenvoudig lesprogramma maakt, hoe je met assistentie een yogales geeft, en hoe je bij anderen kunt zien of ze de basisvormen onder de knie hebben. Door overeenkomsten en verschillen tussen yoga en dans te ontdekken, wordt je je bewuster van je lichaam en je bewegingen. Vanuit je creativiteit leg je een verbinding tussen yoga en dans. De lessen voor dit keuzedeel worden gegeven in de yogalessen en is onderdeel van het vak Les en leidinggevend theorie en praktijk. 

Leerjaar 3 Oriëntatie op ondernemerschap
In dit keuzedeel ga je op zoek naar de ondernemer in jezelf. Als danscoördinator kun je besluiten om na je opleiding een eigen bedrijf te starten. Je kunt je met dit keuzedeel al in de opleiding extra verdiepen in dingen die daarbij belangrijk zijn. In de lessen leer je antwoord te geven op praktische vragen als: Wat komt er allemaal kijken bij een eigen bedrijf? Waar moet je allemaal aan denken en over beslissen als je ondernemer wordt? Maar je speelt ook met ideeën voor een onderneming op het gebied van dans, met het promoten en presenteren van jezelf en je ideeën, en met het inschatten van je slaagkans. Uiteindelijk kom je in dit keuzedeel tot een conclusie over jou en ondernemen. Past ondernemer worden goed bij jou? En welke manier van ondernemen past het best? Een interessante zoektocht waarbij je je niet meteen vastlegt op een volledige start van een bedrijf, maar waarbij je wel oefent hiermee en daarbij nuttige kennis opdoet over jezelf als ondernemende danscoördinator.

 

Nederlands, rekenen en Engels

Om de vakken Nederlands, Engels en rekenen te kunnen behalen moet je voldoen aan de generieke eisen. Dit zijn landelijke algemene eisen waar alle studenten in het mbo aan moeten voldoen. Of je voldoet aan de generieke eisen wordt geëxamineerd met centrale examens en instellingsexamens. In het examenplan kun je zien welke examens tijdens de opleiding worden afgenomen.

Nederlands
Voor de lessen Nederlands heb je schriftelijk en/of digitaal lesmateriaal. Je legt de examens af in de volgende gebieden: Centraal examen lezen – luisteren, instellingsexamens schrijven, spreken, gesprekken voeren.

Engels
Voor de lessen Engels heb je zowel schriftelijk als digitaal lesmateriaal. Je legt examens af in de volgende onderdelen: Centraal examen lezen – luisteren, B1 instellingsexamen schrijven, A2, spreken, A2, gesprekken voeren, A2.

Je hebt de mogelijkheid om het centrale examen Engels en/of de instellingsexamens op een hoger niveau af te leggen. Alle vaardigheden die met het instellingsexamen worden geëxamineerd, moeten op hetzelfde ERK-niveau worden afgelegd. Als je dat wilt dan kan je een verzoek indienen bij de examencommissie via het het examenbureau: [email protected].

Rekenen
Voor de lessen rekenen heb je schriftelijk en/of digitaal lesmateriaal. Je legt een instellingsexamen rekenen af met de volgende onderdelen: getallen, verhoudingen, meten en meetkunde, verbanden. Het cijfer telt niet mee in de zak-slaag beslissing. Houd er wel rekening mee dat er hbo-opleidingen zijn die hogere eisen stellen aan rekenvaardigheden.

De resultaten voor Nederlands en Engels tellen mee voor het behalen van je MBO 4 diploma. In je examenplan staan de eisen vermeld.

Vrijstellingen voor Nederlands, rekenen en Engels 
Neem voor de procedure contact op met Kirsten Hendriks van het examenbureau: [email protected]. Dit zijn de voorwaarden:

Nederlands en Rekenen
Indien een 6 of hoger gehaald is bij een examen op mbo-niveau 4 of op havo of vwo.

Engels
Indien een 6 of hoger gehaald is bij een examen op mbo-niveau 4, of een 5 of hoger gehaald bij een examen op havo of vwo.

Voor Nederlands, rekenen en Engels geldt dat de vrijstelling mogelijk is voor: het schoolexamen of het centraal examen afzonderlijk het schoolexamen en centraal examen gezamenlijk.

Er zijn uitzonderingen op deze regels, bijvoorbeeld wanneer je mee hebt gedaan aan een pilotexamen. Het examenbureau kan je hier meer informatie over geven.

De examencommissie beslist over het vrijstellingsverzoek binnen 10 werkdagen nadat dit verzoek is ingediend.

Dyslexie en dyscalculie
Indien je veel moeite hebt met teksten lezen dan is het mogelijk dat je dyslexie hebt. In geval van dyscalculie heb je veel moeite met rekenen en cijfermatig inzicht.

Je kunt dit in beide gevallen bespreken met de slb’er zodat je in contact komt met de zorgcoördinator. De zorgcoördinator zal met jou nagaan of het nodig is om te testen en eventueel aangepaste examens aan te vragen, zoals extra examentijd. Indien je al een dyslexiepas hebt, of een dyscalculieverklaring, dien je ook dezelfde procedure te doorlopen om aangepaste examens aan te vragen.

Loopbaan en burgerschap

Tijdens de opleiding verwerf je loopbaan- en burgerschapscompetenties in de volgende vakken, projecten of examenonderdelen:

Loopbaan
Sturing geven aan het vinden van betekenisvol werk of vervolgonderwijs dat aansluit op de eigen kwaliteiten, mogelijkheden, waarden en motieven.

Acquisitie- en sollicitatiegesprek
Portfolio: persoonsprofiel
Studieloopbaanbegeleiding
Fysieke fitheid/gezondheids-vakken
Danslessen

Burgerschap
Politiek-juridische dimensie

De basiswaarden van onze samenleving zoals mensenrechten.

Groot evenement
Acquisitie- en sollicitatiegesprek
Burgerschap

Dimensie vitaal burgerschap
De bereidheid en het vermogen om te reflecteren op de eigen leerstijl en zorg te dragen voor de eigen vitaliteit als burger en werknemer.

Lessenreeks
Groot evenement
Acquisitie- en sollicitatiegesprek
Portfolio: persoonsprofiel
Studieloopbaanbegeleiding
Fysieke fitheid/gezondheids-vakken
Danslessen

Economische dimensie
De bereidheid en het vermogen om te reflecteren op de eigen leerstijl en zorg te dragen voor de eigen vitaliteit als burger en werknemer. De bereidheid en het vermogen om op adequate en verantwoorde wijze als consument deel te nemen aan de maatschappij.

Lessenreeks
Acquisitie- en sollicitatiegesprek
Studieloopbaanbegeleiding
Burgerschap
Ondernemersvaardigheden

Sociaal maatschappelijke dimensie
De bereidheid en het vermogen om deel uit te maken van de gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren.

Lessenreeks
Groot evenement
Acquisitie- en sollicitatiegesprek
Studieloopbaanbegeleiding
Burgerschap
Ondernemersvaardigheden

Kritische denkvaardigheden
Burgerschap
Studieloopbaanbegeleiding

Met bevordering naar het volgende leerjaar en het behalen van de Proeve van Bekwaamheid (PVB) toont de student zijn inspanningsverplichting aan waarmee wordt voldaan aan de eisen m.b.t. Loopbaan en Burgerschap om te kunnen diplomeren. Een schematisch overzicht van loopbaan en burgerschap in de opleiding vind je hier.

Onderwijstijd

Albeda heeft de wettelijke plicht om voldoende lesuren aan te bieden. De lesuren en de uren in de praktijk staan in een overzicht. Dit overzicht heet een Topmodel. TOP staat voor: Transparante Onderwijsprogrammering. In het Topmodel kan je zien hoeveel tijd je studie je ongeveer zal kosten.

Er zijn verschillende soorten uren:

  • Begeleide onderwijstijd (BOT): dit zijn uren dat je onder directe begeleiding/verantwoordelijkheid van de school bezig bent. Denk aan praktijk- en theorielessen, maar ook projecten die je onder begeleiding van een docent buiten de school uitvoert of lessen waarbij je op afstand door een docent wordt begeleid.

  • Beroepspraktijkvorming (BPV): Dit zijn de uren waarin je bij een bedrijf of instelling aan het werk bent. BPV vindt altijd plaats met een ondertekende BPV-overeenkomst met een erkend leerbedrijf.

  • Onbegeleide uren: dit zijn uren waarin je zelf thuis of op school werkt aan de opleiding. Denk aan huiswerk, examens waarvoor je leert, werkstukken die je maakt, etc.

  • Studiebelastingsuren: Bij elkaar opgeteld geldt voor ieder studiejaar dat je 1600 uur met je studie bezig bent. Dit noemen we studiebelastingsuren.

    In het overzicht wordt uitgegaan van klokuren (dus 1 uur = 60 minuten).