Meer info over de opleiding
In deze opleiding werk je drie à vier dagen per week in de beroepspraktijk en krijg je één dag in de week lessen op school ter ondersteuning.
De opleiding bestaat uit een basisdeel, een profieldeel en een aantal keuzedelen.
In het basisdeel leer je hoe je met een ‘cliënt’ een plan maakt hoe je hem of haar kunt helpen. Je leert hoe je iemand kunt begeleiden bij zijn of haar persoonlijke verzorging, zelfstandig wonen, het huishouden of het invullen van een dagbesteding.
Ook leer je hoe je moet omgaan met crisissituaties, hoe je moet overleggen met verschillende betrokkenen en hoe je kunt werken aan je eigen professionaliteit.
In het profieldeel krijg je lessen over hoe je cliënten (bijvoorbeeld mensen met het syndroom van Down) motiveert en ondersteunt bij diverse activiteiten en hoe je familieleden hierover informeert of adviseert. Ook leer je hoe je verpleegkundige zorg geeft, bijvoorbeeld hoe je medicijnen controleert of hoe je eerste hulp geeft als iemand zich verslikt of verwondt.
Bij de keuzedelen kun je je kennis verbreden of verdiepen op een aantal onderwerpen, bijvoorbeeld het begeleiden van mensen met niet-aangeboren hersenletsel of het begeleiden van mensen met ernstige meervoudige beperkingen. Een keuzedeel vergroot de arbeidsmarktkansen of vergemakkelijkt de doorstroom naar een vervolgstudie.
Naast beroepsgerichte lessen krijg je de vakken Nederlands, Engels, rekenen en loopbaan & burgerschap. Met je studieloopbaanbegeleider (slb-er) praat je over je voortgang en eventuele problemen.